Verraderlijke voetstappen - een kort verhaal van Katherine Muylaert



De schittering op het water verblindt hem. Hij knijpt de ogen dicht, in zijn hoofd blijft het flikkeren. Aan-uit-aan-uit. Honderden gedachten springen haasje-over. Geen enkele raakt helemaal uitgedacht. Hoe had dit kunnen...? Wist ze...? Hoe moest hij...? Wou ze...?
Hij draait zich om, ziet in het zand zijn eigen voetafdrukken naar zich toe lopen. Ze leggen de lelijke waarheid bloot. Hij is weggelopen. Eén enkele zin bleek voldoende om kortsluiting te veroorzaken tussen zijn gevoel en zijn verstand.
Hij kijkt langs zijn voetstappen terug, tot voorbij het rulle zand. Daar staat ze, ineengedoken, verslagen. Haar blik, strak en onafgebroken op hem gericht, doet hem ineenkrimpen en herleidt hem tot een klein, onbenullig, laf jongetje. Hij richt zich op. Hij zet een stap. En nog een. Traag, voet voor voet, gaat hij terug, tot hij opnieuw voor haar staat. Tentakels knijpen zijn keel dicht en houden zijn hart in een wurggreep.

'Je bent zwanger?' Ongeloof klinkt in zijn stem.
De vraag hangt als een verwijt tussen hen in. Ze buigt het hoofd, laat de schouders hangen. Als ze opkijkt staan er tranen in haar ogen. Toch klinkt haar stem vast en helder. 'Ja, ik ben zwanger. En ik wil het houden.'
Hij neemt haar bij de hand en trekt haar mee naar een bank wat verderop. 'Eva, lieve Eva, zwanger... Hoe is dat kunnen gebeuren? Je neemt toch de pil?'
'Je weet dat die geen 100% garantie biedt.'
'Toch bijna! Heb je ze elke dag genomen? Je bent wel vaker slordig.'
'Matthieu, kalmeer nu, ik heb mijn pil steeds genomen zoals het hoort. Dit soort ongelukjes gebeurt nu eenmaal. Ik draag jouw kind, Matthieu. Jouw kind! Is dat niet geweldig?'
Hij kijkt haar in de ogen, die glanzen. Geweldig? Voor haar duidelijk wel. Maar hoe zit het met hem? In zijn leven is geen plaats voor een kind. Voor een minnares, ja. Een kind? Neen. Zo ruimdenkend is zijn vrouw nu ook weer niet.
'Eva, je weet dat ik getrouwd ben. Je moet het laten weghalen. Er is geen andere mogelijkheid.'
Kwaad staat ze op. 'Nooit! Ik wil dit kind liever dan wat ook in de wereld. Ik hou het, wat jij er ook van vindt. Als het moet, voed ik het in mijn eentje op. Maar liever doe ik dat samen met jou. Alsjeblief Matthieu, denk er over na, dit is ons moment, een kans voor ons...'
Hij schudt zijn hoofd. 'Geef me wat tijd, ik ben overweldigd, maar ja, het is geweldig. Een kind van ons twee! Als ze op jou lijkt wordt het een prachtmeisje. Of een jongen. Liefst een meisje, een jij in het klein.' Hij lacht en springt op. 'Kom, laten we gaan zwemmen. Naakt zwemmen. Niemand kan ons zien. Ik wil je dicht tegen mij aan voelen. Jou en mijn kind.'
Ze kijkt opgelucht en lacht. 'O Matthieu, ik wist wel dat je zou bijdraaien, dat je blij zou zijn. Ik hou zoveel van jou. En van jouw kind.'
Hij trekt haar mee naar de rand van het water en kleedt haar traag uit. Haar buik is nog even glad als anders. Nu nog, straks zal hij zich in al zijn glorie tonen.
Als kleine kinderen lopen ze het water in, opgewonden. Het koude water beneemt hen de adem, maar ze gaan door, steeds dieper de zee in. Waar zij niet meer kan staan neemt hij haar in de armen, en voert haar verder het water in, tot ook hij op de  tippen van zijn tenen staat. Hij kust haar diep en intens.
Als ze tegen hem aanleunt, maakt hij zachtjes haar armen los. Hij verdrinkt nog eenmaal in haar ogen en duwt haar dan onder water. Dieper en dieper.





Reacties

Podcast Het Academisch Kwartier

Luisterboeken Podcast

Podcast Mysterieus België