Een mysterieuze verdwijning van een
jonge vrouw, de radeloosheid van haar vriend Rex - die er zelfs jaren later nog
steeds niet in slaagt de herinnering aan haar los te laten - en een man die
minutieus een gruwelijke misdaad voorbereidt, simpelweg omdat de gedachte bij
hem is opgekomen: meer had Tim Krabbé niet nodig om een van de meest intrigerende
boeken in zijn soort te schrijven.
Het verhaal begint wanneer het hoofdpersonage, Rex Hofman, en zijn vriendin Saskia op weg zijn naar hun vakantiehuisje in Zuid-Frankrijk. De toon is aanvankelijk licht, maar al gauw worden de kleine, onderhuidse spanningen in hun relatie duidelijk. Saskia maakt tijdens een rustmoment bij een tankstation gebruik om even naar het toilet te gaan, maar keert niet terug. Waar Rex ook zoekt, ze blijft onvindbaar. Jaren later is Rex op vakantie in Italië, met zijn nieuwe vriendin Lieneke. Maar nog steeds hangt Saskia's verdwijning als een zwarte sluier over hem. Rex probeert nog steeds uit alle macht te begrijpen wat er toen gebeurd is en start zelfs een advertentiecampagne in de Franse media.
De wereld die Krabbé in zijn roman schetst is zo rauw realistisch, dat hij tegelijk een surrealistische kant krijgt. Krabbé doet dat in een bedrieglijk eenvoudige taal, vol subtiliteit, waarmee hij zijn meesterschap als schrijver duidelijk maakt. Al vanaf de eerste zin hangt er iets unheimlichs over het boek, een soort dreiging die steeds sterker wordt, af en toe heel even wegebt, blijft sluimeren en vervolgens dubbel zo hard terugkeert. Auto's glijden 'gelijkmatig als ruimteschepen (...) over de lange brede weg naar het zuiden', het water van een inham is 'blauw als op een kindertekening', stoelen slaan 'een ijselijke gil' als je ze verschuift, het zeewater maakt Rex haast gewichtloos 'alsof hij eeuwig door zou kunnen zweven'...
Elk woord in het boek is uitgebalanceerd en vol betekenis. Het laat Krabbé toe een vernuftig spel te spelen met de lezer. Voortdurend strooit hij - bijna achteloos - met subtiele hints die een voorbode vormen van wat er te gebeuren staat. Tegelijk zet hij je tot tweemaal toe met één enkel woord op het verkeerde been of houdt hij informatie achter die hij pas later met mondjesmaat vrijgeeft. Zo versnelt of vertraagt hij het tempo, creëert hij de spanning van een nachtmerrie, even ondraaglijk als in de nachtmerrie van het Gouden Ei die Saskia als kind had en waar de titel naar verwijst. In de droom zat ze opgesloten in een gigantisch gouden ei en was ze gedoemd om voor eeuwig door het heelal te zweven, tot er net zo'n gouden ei tegen haar zou opbotsen en ze allebei vernietigd zouden worden. Niet verwonderlijk dat net die droom het alfa en omega vormt van Krabbés geraffineerde vertelling.
Krabbé biedt je een blik in de afgrond van het leven, de duistere krachten die spelen. Rex en Raymond, Saskia's ontvoerder, lijken meer op elkaar dan ze beseffen. Rex mag dan veel van Saskia houden, tegelijk zit er iets ongrijpbaars in zijn karakter, dat op het eerste gezicht alleen ingegeven lijkt door vrij onschuldig machogedrag, maar eigenlijk dieper reikt. Zo schept hij er een duivels plezier in om Saskia te 'testen' en te treiteren.
Toch valt Rex niet gewetenloos te noemen. Saskia's verdwijning laat hem radeloos achter en bepaalt heel zijn verdere leven. Saskia's lot wordt een obsessie voor hem, alsof hij pas na haar verdwijning beseft hoeveel hij van haar houdt: Het was alsof hij voelde wat zij nu voelde - de angst en de eenzaamheid van het Gouden Ei, en alsof daarmee zijn wens eindelijk in vervulling was gegaan: één met haar worden.
Anders is het gesteld met Raymond Lemorne, Saskia's ontvoerder. Ook hij schept genoegen in zijn slechtheid, maar waar Rex ingetoomd wordt door zijn geweten, slaagt Lemorne er zonder enige moeite in zijn eigen geweten uit te schakelen. Lemorne is ogenschijnlijk warm en joviaal, een scheikundeleraar en goede huisvader, maar achter het masker van de modelburger schuilt een ijskoude, berekenende persoonlijkheid, die zijn misdaad akelig nauwkeurig voorbereidt. Met een gelijkaardige precisie - de precisie van een hersenchirurg - dissecteert Krabbé de geest van de psychopaat.
Tim Krabbé heeft een ijzersterk verhaal afgeleverd. Of je het nu wil of niet, Het Gouden Ei kruipt onder je huid. Wie dit boek leest en zich volgende zomer in een tankstation langs de Autoroute du soleil bevindt, kijkt vast eens extra waakzaam om zich heen.
Het verhaal begint wanneer het hoofdpersonage, Rex Hofman, en zijn vriendin Saskia op weg zijn naar hun vakantiehuisje in Zuid-Frankrijk. De toon is aanvankelijk licht, maar al gauw worden de kleine, onderhuidse spanningen in hun relatie duidelijk. Saskia maakt tijdens een rustmoment bij een tankstation gebruik om even naar het toilet te gaan, maar keert niet terug. Waar Rex ook zoekt, ze blijft onvindbaar. Jaren later is Rex op vakantie in Italië, met zijn nieuwe vriendin Lieneke. Maar nog steeds hangt Saskia's verdwijning als een zwarte sluier over hem. Rex probeert nog steeds uit alle macht te begrijpen wat er toen gebeurd is en start zelfs een advertentiecampagne in de Franse media.
De wereld die Krabbé in zijn roman schetst is zo rauw realistisch, dat hij tegelijk een surrealistische kant krijgt. Krabbé doet dat in een bedrieglijk eenvoudige taal, vol subtiliteit, waarmee hij zijn meesterschap als schrijver duidelijk maakt. Al vanaf de eerste zin hangt er iets unheimlichs over het boek, een soort dreiging die steeds sterker wordt, af en toe heel even wegebt, blijft sluimeren en vervolgens dubbel zo hard terugkeert. Auto's glijden 'gelijkmatig als ruimteschepen (...) over de lange brede weg naar het zuiden', het water van een inham is 'blauw als op een kindertekening', stoelen slaan 'een ijselijke gil' als je ze verschuift, het zeewater maakt Rex haast gewichtloos 'alsof hij eeuwig door zou kunnen zweven'...
Elk woord in het boek is uitgebalanceerd en vol betekenis. Het laat Krabbé toe een vernuftig spel te spelen met de lezer. Voortdurend strooit hij - bijna achteloos - met subtiele hints die een voorbode vormen van wat er te gebeuren staat. Tegelijk zet hij je tot tweemaal toe met één enkel woord op het verkeerde been of houdt hij informatie achter die hij pas later met mondjesmaat vrijgeeft. Zo versnelt of vertraagt hij het tempo, creëert hij de spanning van een nachtmerrie, even ondraaglijk als in de nachtmerrie van het Gouden Ei die Saskia als kind had en waar de titel naar verwijst. In de droom zat ze opgesloten in een gigantisch gouden ei en was ze gedoemd om voor eeuwig door het heelal te zweven, tot er net zo'n gouden ei tegen haar zou opbotsen en ze allebei vernietigd zouden worden. Niet verwonderlijk dat net die droom het alfa en omega vormt van Krabbés geraffineerde vertelling.
Krabbé biedt je een blik in de afgrond van het leven, de duistere krachten die spelen. Rex en Raymond, Saskia's ontvoerder, lijken meer op elkaar dan ze beseffen. Rex mag dan veel van Saskia houden, tegelijk zit er iets ongrijpbaars in zijn karakter, dat op het eerste gezicht alleen ingegeven lijkt door vrij onschuldig machogedrag, maar eigenlijk dieper reikt. Zo schept hij er een duivels plezier in om Saskia te 'testen' en te treiteren.
Toch valt Rex niet gewetenloos te noemen. Saskia's verdwijning laat hem radeloos achter en bepaalt heel zijn verdere leven. Saskia's lot wordt een obsessie voor hem, alsof hij pas na haar verdwijning beseft hoeveel hij van haar houdt: Het was alsof hij voelde wat zij nu voelde - de angst en de eenzaamheid van het Gouden Ei, en alsof daarmee zijn wens eindelijk in vervulling was gegaan: één met haar worden.
Anders is het gesteld met Raymond Lemorne, Saskia's ontvoerder. Ook hij schept genoegen in zijn slechtheid, maar waar Rex ingetoomd wordt door zijn geweten, slaagt Lemorne er zonder enige moeite in zijn eigen geweten uit te schakelen. Lemorne is ogenschijnlijk warm en joviaal, een scheikundeleraar en goede huisvader, maar achter het masker van de modelburger schuilt een ijskoude, berekenende persoonlijkheid, die zijn misdaad akelig nauwkeurig voorbereidt. Met een gelijkaardige precisie - de precisie van een hersenchirurg - dissecteert Krabbé de geest van de psychopaat.
Tim Krabbé heeft een ijzersterk verhaal afgeleverd. Of je het nu wil of niet, Het Gouden Ei kruipt onder je huid. Wie dit boek leest en zich volgende zomer in een tankstation langs de Autoroute du soleil bevindt, kijkt vast eens extra waakzaam om zich heen.
Reacties