Bellen blazen in de violentuin by Paul de Moor
My rating: 5 of 5 stars
Dit boek, het laatste deel van een drieluik, vertelt het verhaal van buurman Erasmus en zijn buurmeisje. Via deze twee hoofdpersonages probeert de schrijver in elk boek de jonge lezer iets bij te brengen. In dit gedeelte behandelt hij Mozart.
Het verhaal wordt vanuit een naamloze ik-figuur verteld. Een jong meisje, wiens moeder naar Spanje is verhuisd (om bij de ezels te gaan wonen), en een vader die het altijd drukdrukdruk heeft. Het meisje praat niet, noch gaat ze naar school. Enkel de boekenwurm van een buurman, Erasmus, lijkt haar te begrijpen. Erasmus is een warhoofd, leeft tussen torens van boeken, en springt enkel voor de postbode op. Er is ook nog Felix, de kat bij de maan aan het raam, met wie ze haar diepste gevoelens kan delen. En het monster onder het bed, enkel te sussen met het geheime woord.
Paul de Moor is een bijzondere schrijver. Hij bouwt zinnen op in laagjes, verzint woorden, maakt hersensprongen waar ik groen van jaloezie van word. Hij gebruikt een erg poëtische, originele maar wonderbaarlijk mooie taal. Zijn verhalen vragen om herlezen te worden, om elke keer nét dat beetje extra te ontdekken.
Of het boek geschikt is voor het doelpubliek, tienplussers, daar durf ik mij niet over uit te spreken. Het is in ieder geval fantasierijk genoeg. De informatieve stukken over Mozart worden er speels in verwerkt. Het boek heeft mij, als volwassene, van het begin tot het einde in de ban gehouden.
‘In zijn pink zit meer verbale originaliteit dan in het hele lijf van talloze vlijtige pennenridders’. Dit is wat Ed Franck over Paul de Moor in de Standaard der Letteren laat neerschrijven. En ik kan dat alleen maar beamen.
View all my reviews
My rating: 5 of 5 stars
Dit boek, het laatste deel van een drieluik, vertelt het verhaal van buurman Erasmus en zijn buurmeisje. Via deze twee hoofdpersonages probeert de schrijver in elk boek de jonge lezer iets bij te brengen. In dit gedeelte behandelt hij Mozart.
Het verhaal wordt vanuit een naamloze ik-figuur verteld. Een jong meisje, wiens moeder naar Spanje is verhuisd (om bij de ezels te gaan wonen), en een vader die het altijd drukdrukdruk heeft. Het meisje praat niet, noch gaat ze naar school. Enkel de boekenwurm van een buurman, Erasmus, lijkt haar te begrijpen. Erasmus is een warhoofd, leeft tussen torens van boeken, en springt enkel voor de postbode op. Er is ook nog Felix, de kat bij de maan aan het raam, met wie ze haar diepste gevoelens kan delen. En het monster onder het bed, enkel te sussen met het geheime woord.
Paul de Moor is een bijzondere schrijver. Hij bouwt zinnen op in laagjes, verzint woorden, maakt hersensprongen waar ik groen van jaloezie van word. Hij gebruikt een erg poëtische, originele maar wonderbaarlijk mooie taal. Zijn verhalen vragen om herlezen te worden, om elke keer nét dat beetje extra te ontdekken.
Of het boek geschikt is voor het doelpubliek, tienplussers, daar durf ik mij niet over uit te spreken. Het is in ieder geval fantasierijk genoeg. De informatieve stukken over Mozart worden er speels in verwerkt. Het boek heeft mij, als volwassene, van het begin tot het einde in de ban gehouden.
‘In zijn pink zit meer verbale originaliteit dan in het hele lijf van talloze vlijtige pennenridders’. Dit is wat Ed Franck over Paul de Moor in de Standaard der Letteren laat neerschrijven. En ik kan dat alleen maar beamen.
View all my reviews
Reacties