Een lezing van Marita Vermeulen (Els Vermeir)




Zaterdag 17 november 2012, Sint-Niklaas

 


Na een twintigjarige carrière als recensente, begon Marita Vermeulen zeven jaar geleden bij uitgeverij De Eenhoorn. Deze uitgeverij publiceert zowel prentenboeken voor peuters als literaire romans voor volwassenen.

Dat Marita jarenlang had gecommuniceerd over boeken, bleek een belangrijke troef in de uitgeverswereld. De tijd dat de lezer vanzelf een boek ontdekt is immers lang voorbij: communicatie is belangrijker dan ooit, en auteurs en illustratoren moeten hierbij hun steentje bijdragen.

Bij De Eenhoorn maakt Marita deel uit van een klein team van zeven personen, waarbij zijzelf niet enkel uitgever is, maar ook verantwoordelijk is voor illustratoren en buitenlands beleid. In totaal gaat het om zo’n honderd auteurs en illustratoren, wat betekent dat Marita zowat wekelijks een boek moet zien af te werken. Ze staat dan ook voortdurend onder tijdsdruk, maar probeert desondanks elke auteur/illustrator en elk boek de nodige aandacht te geven.

Op jaarbasis krijgt Marita zowat 2000 voorstellen binnen. Soms voelt ze onmiddellijk dat het goed zit, of net dat het niets zal worden. Projecten die daar tussenin liggen, zijn de lastigste, want die vragen veel begeleiding en dus ook veel tijd.

Beslissen om een boek al dan niet uit te geven, is niet makkelijk. Enerzijds moet het klikken tussen uitgever en auteur, anderzijds zijn er de snel wisselende modetrends: wat de ene dag geknuffeld wordt, kan ’s anderendaags vertrapt worden. Sommige “parels” bereiken slechts een beperkt publiek, terwijl heel wat “pulp” uitgroeit tot een mega-succes.

Zodra een tekst binnenkomt, moet gezocht worden naar een illustrator. Goede illustraties zijn net zo belangrijk als goede teksten, maar geen van beiden werkt als er geen bezieling in zit.

Soms begint een boek ook met illustraties, of zijn tekst en beeld al samengebracht.

Dan begint de redactionele begeleiding, wat niet altijd evident is. De auteur moet over zijn werk kunnen nadenken en het ook voor een stuk kunnen loslaten. Vaak kijkt de illustrator op een andere manier naar de tekst als de auteur. Dat de auteur de hele wereld van het boek door en door kent, kan soms zijn/haar beeld erover beperken.

Anderzijds is een illustrator niet zomaar iemand die goed kan tekenen: hij/zij moet ook kunnen inschatten hoe iets werkt naar het publiek toe, hij/zij moet iets in een context kunnen tekenen.

Marita werkt hierbij met vier externe vormgevers, die zelf ook lezers zijn, waardoor ze goed aanvoelen hoe een boek er moet uitzien.

Vooraleer zij met een nieuwe auteur in zee gaat, praat Marita eerst met hem/haar over de toekomstplannen: zij wil immers een engagement voor meerder jaren, niet een eenmalig project. Ze probeert daarbij ook haar auteurs goed genoeg te leren kennen om te kunnen inschatten of ze bij hen terecht kan om hen bepaalde projecten te laten uitvoeren.

Eens een boek klaar is, worden een 100-tal exemplaren verstuurd naar boekpromotie en pers, terwijl de vertegenwoordigster probeert het boek in de boekhandel te krijgen. Bij een druk van 1750 boeken maakt de uitgeverij pas winst vanaf het 1600ste boek. Af en toe een bestseller is noodzakelijk om te kunnen overleven.

Helaas loopt het soms ook fout. Illustraties kunnen te hard overkomen, de titel kan mensen afschrikken, een foute associatie opwekken, of net geen enkele associatie… Dat is dan jammer, want het boek krijgt geen tweede kans.

Voor beginnende auteurs heeft Marita een aantal tips en adviezen. Haar belangrijkste boodschap is: wees authentiek! Alles is al geschreven, enkel authenticiteit onderscheidt de “echte” schrijver. Schrijver kan je immers niet worden, dat ben je: een schrijver schrijft vanuit een inwendige drang, hij/zij schrijft wat MOET geschreven worden, ook zonder uitgegeven te worden. De lezer moet de “ziel” van de auteur voelen. Wie enkel schrijft om bevestiging te krijgen, kan er beter mee stoppen.

Auteurs die hun werk willen publiceren, moeten eerst research doen om een uitgever te vinden die bij hen past. Wanneer ze een werk doorsturen, is het best een volledig werk in te dienen, zodat de uitgever het geheel kan beoordelen. Het begeleidend schrijven daarbij moet beknopt en to the point zijn, geen roman op zichzelf: laat het project voor zichzelf spreken, een goed manuscript zegt wie je bent.

En tenslotte moet je als auteur de communicatie gaande houden: in de massa voorstellen die een uitgever binnenkrijgt, dreig je anders verloren te gaan. Die communicatie is trouwens ook belangrijk eens een boek is uitgegeven: de auteur moet reclame maken, zonder evenwel opdringerig te zijn. Een goede relatie met de lokale boekhandel en de bibliotheek zijn hierbij zeer belangrijk.

En tot slot…
Marita Vermeulen toonde zich een gedreven en gepassioneerde dame, uiterst bezorgd om de mensen voor en met wie ze werkt: in een dagelijkse, niet-aflatende gedrevenheid probeert ze enerzijds de auteur met zorg te omringen en hem/haar het nodige respect te betuigen voor zijn/haar werk. Anderzijds wil ze de lezer een kwaliteitsproduct bezorgen dat tot in de puntjes is afgewerkt en zijn/haar diepste zinnelijke honger stilt. Een opdracht die ze duidelijk met verve vervult.

Reacties

Podcast Het Academisch Kwartier

Luisterboeken Podcast

Podcast Mysterieus België